Nieuwe aanbesteding Huishoudelijk Hulp
Nieuwe aanbesteding Huishoudelijk Hulp
Het houden van aanbestedingen is een aangelegenheid van het College van B&W. Maar door de vele problemen in de thuiszorg het afgelopen jaar en na aandringen van de gemeenteraad heeft wethouder Speel (CDA) besloten met de gemeenteraad van gedachten te wisselen over wat er voor randvoorwaarden moeten worden opgenomen in het bestek van de nieuwe aanbesteding van de Huishoudelijke Hulp.
Voordat het debat in de gemeenteraad door middel van stellingen zou gaan plaatsvinden waren er eerst een tweetal sprekers. De eerste spreker was een mevrouw die al jarenlang werkzaam is als alfahulp. Aan de hand van een drietal uitgangspunten (kwetsbaarheid, signalering en mantelzorg) heeft zij haar ervaring als alfahulp meegegeven aan de gemeenteraadsleden.
De tweede spreker hield een presentatie over hoe de kwaliteit van de zorg het beste gemeten kan worden en hoe daarmee de juiste kwaliteitseisen opgenomen kunnen worden in het nieuwe bestek van de aanbesteding voor de Huishoudelijke Hulp.
Tijdens de discussie over de stellingen werd mij al snel weer duidelijk dat de SP toch een hele andere visie heeft op de uitvoering van de Huishoudelijke Hulp en dat wat zijn voor een aantal duidelijk afwijkende kwaliteitseisen in de het bestek van de nieuwe aanbesteding van de Huishoudelijke Hulp.
Als fractie vinden wij het bijvoorbeeld belangrijk dat ook de lichtste vormen van Huishoudelijke Hulp (HH1, HH2) niet alleen poetsen is, maar dat er meer bij komt kijken. De thuiszorgmedewerker heeft namelijk ook een signalerende, begeleidende en sociale rol. Helaas heeft niet iedere schoonmaker deze rol. Echter blijkt een meerderheid van de gemeenteraad het niet erg te vinden dat de lichtste vorm van Huishoudelijke Hulp gedaan wordt door zogenaamde schoonmakers. De VVD verwoordde het als volgt: Een deel van de mensen zit helemaal niet te wachten op een hulp die ze in de gaten zit te houden. Echt niet iedereen is oud en zielig. De reactie van de SP hierop was dat ze ook kunnen signaleren dat alles goed gaat en hier dus verder niets mee doen. Dat houdt niet in dat het goed blijft dat een thuiszorg ook oog heeft voor deze aspecten.
Een andere stelling ging over wel of niet concurreren op prijs. Als fractie hebben wij nogmaals benadrukt dat wij het totaal onwenselijk vinden dat er marktwerking is in zoiets als de zorg. Als ons dit dan van een hogere overheid verplicht wordt moeten wij ervoor zorgen dat er zo min mogelijk verlies op kwaliteit zal plaatsvinden. Binnen de aanbesteding van Huishoudelijke Zorg bestaat er het zogenaamde Zeeuwse model. Hierbij word er niet geconcurreerd op prijs, maar op kwaliteit. Iedere zorgaanbieder die voor een X bedrag kan voldoen aan de minimumeisen mag moe doen aan de aanbesteding. Degene die voor dat geld de beste kwaliteit kan leveren krijgt dan de gunning. Ook op dit punt blijkt de SP in de minderheid te zijn. De meeste fracties vinden dat de gemeente door deze constructie een financieel nadeel oploopt. Concurrentie op prijs moet volgens hun ook plaatsvinden, om het voor de gemeente ook financieel betaalbaar moet zijn. Als fractie begrijpen wij niet dat er met een onderwerp als de zorg zo om wordt gegaan met financile argumenten. Het niveau van zorg is voor onze fractie leidend. Wat dit uiteindelijk moet kosten komt wat ons betreft op de tweede plaats.
- Zie ook:
- Daniël Westhoek