h

Diftar-enquête deel 4: 'Afvaltarieven niet haalbaar'

20 mei 2003

Diftar-enquête deel 4: 'Afvaltarieven niet haalbaar'

Als er iets is wat de politiek in Zoetermeer in beroering bracht, dan is het Diftar. Het nieuwe afvalsysteem kostte veel geld, maar flopte. Hoe dit kon gebeuren is onderwerp van de Diftar-enquête, deze en komende week. Vandaag deel 4: Mario Stoel, controller financien.

Bron: Haagsche Courant

De politiek heeft in de kwestie-Diftar beloftes gedaan die ze niet kon waarmaken. Volgens de financiele controller van de gemeente Zoetermeer, Mario Stoel, ging het echt mis met de advertentie van de pro-Diftar-partijen vlak voor de raadsverkiezingen in maart vorig jaar. VVD, PvdA, CDA, ChristenUnie/SGP en GroenLinks noemden in de bewuste advertentie, getiteld 'de waarheid over Diftar', afvaltarieven die mensen zouden moeten gaan betalen. Maar in werkelijkheid, zo verklaarde Stoel gisteravond tegenover de enquêtecommissie, bleken die getallen niet hard te maken.

Er was een verwachtingspatroon bij Zoetermeerders ontstaan. De advertentie was een antwoord op de anti-Diftarpartijen D66 en SP, die beweerden dat burgers met Diftar (betalen voor de hoeveelheid afval) alleen maar duurder uit zouden zijn. In de advertentie werden de 'ware' afvaltarieven genoemd. Toen in de maanden daarna werd doorgerekend wat de burger werkelijk moest gaan betalen, bleken de afvaltarieven veel hoger te liggen.

Mario Stoel volgde de ontwikkelingen rond Diftar als controller. Hij hield de financiële gang van zaken in de gaten, stelde risico-analyses op en besprak die risico's met collega-ambtenaren en wethouders. Echt van harte ging die samenwerking niet altijd. Toen hij in mei 2001 de risico's en zorgen rond Diftar wilde bespreken met de wethouders Andries Heidema en Paul Scheffer, nam het overleg een onaangename wending. Stoel stelde voor om de risico-rapportage ook aan de andere wethouders in het college voor te leggen, maar Heidema en Scheffer reageerden geïrriteerd.

Weerstand

"Ze hadden iets van: waarom nou. Wij ervaren dit als een vorm van weerstand, werd gezegd. Ik begreep niet waarom de wethouders zo'n krampachtige houding aannamen."

Kritiek was er wel eens te beluisteren op het stadhuis, maar van weerstand in professionele zin was geen sprake, wist Stoel zeker. De risico-analyse was iets nieuws. Na de perikelen rond de verbouwing van zwembad Het Keerpunt was afgesproken om bij grote projecten met dit soort rapportages de voortgang te bewaken. Stoel: "Bij projecten waar grote belangen spelen, kijken kritische controllers mee. Misschien zijn ze soms lastig, maar ze brengen wel scherpte in het verhaal." De risico-rapportage van mei 2001 was niet negatief over Diftar. "De risico's waren toegenomen, met name de noodzakelijke afvalbesparing van vijftien procent, maar niet zo dat de grondslag onder Diftar was weggevallen", herinnerde Stoel zich. Die ging er vanuit dat het college de risico's onder ogen zou krijgen, maar Heidema en Scheffer speelden de rapportage niet aan hun collega-wethouders door. Kort daarna besloot de gemeenteraad miljoenen uit te geven aan afvalcontainers en computernetwerk.

Zeven maanden later kwam er een uitgewerkte risico-analyse die alsnog in het college werd besproken, in januari 2002. Een somberder verhaal, legde Stoel gisteravond uit, omdat er meer punten werden benoemd. Zo waren er extra kosten bijgekomen voor het Kringloopbedrijf en het Zelfbrengdepot ('vuilstort'). De wethouders legden dit ambtelijke lijstje met waarschuwingen later uit als 'doemscenario'. Onzin, vond Stoel. "We gaan niet gezocht zoeken naar risico's, maar noemen dingen die er zijn."

Gemeenteraad

Tot zijn verbazing stuurde het college de risico-analyse niet door naar de gemeenteraad. Stoel had er nog op aangedrongen, want het ging volgens hem om 'belangrijke informatie'. In februari 2002 werd de analyse verder aangescherpt en werd concreet duidelijk dat een afvalbesparing van vijftien procent niet genoeg was. Zoetermeerders moesten nog veel meer afval besparen om de kosten van Diftar terug te verdienen. Stoel zag geen noodzaak om wethouders te alarmeren. "Ging bij u niet de bel rinkelen", wilde commissielid Hans Haring van Stoel weten. Volgens hem bevestigde de analyse eerdere bevindingen en ging het nog om een 'concept'. In mei werd de waarschuwing herhaald en maanden later zou definitief blijken dat een afvalbesparing van vijftien procent niet realistisch was. Er was geen redden meer aan. Extra geld stoppen in Diftar was niet te verkopen aan de bevolking, hogere afvaltarieven evenmin.

Vanavond moet ex-wethouder Paul Scheffer, die in november aftrad vanwege Diftar, tekst en uitleg geven. De vier verhoren met ambtenaren hebben de enquêtecommissie voldoende munitie gegeven. Wat wisten de wethouders over risico's en waarom speelden ze die niet door naar collega-wethouders en de gemeenteraad? En wie had op het stadhuis de regie over het dossier?

U bent hier